Sam Proesmans
02/10/2023
Kwaliteit Zorgbeleid Bestuur Algemene Ziekenhuizen Revalidatieziekenhuizen Woonzorg Geestelijke gezondheidszorg Eerste lijn

“Zuivere lucht en gezonde voeding zijn zoveel belangrijker dan geneeskunde"

Interview met Sam Proesmans

“Zuivere lucht en gezonde voeding zijn zoveel belangrijker dan geneeskunde”

Met zijn boek Wat maakt het uit? wil spoedarts en regionaal medisch directeur bij Ziekenhuis Netwerk Antwerpen Sam Proesmans een lans breken voor public health. “Ban de rokerszones en cola-automaten bij ziekenhuizen en vervang ze door meer groen en grote fietsenstallingen!”

Public Health blijft voor velen een vaag begrip: hoe definieert u het?
Sam Proesmans: “Als ik destijds aan mensen uit mijn omgeving - al dan niet uit de gezondheidssector - vertelde dat ik in de Verenigde Staten een master Public Health ging volgen, kreeg ik altijd fronsende blikken. Heel weinig mensen weten wat dat inhoudt. Het wordt vaak op één lijn gezet met volksgezondheid, maar het is veel breder dan dat. Voor mij is public health de omgeving rondom ons, de lucht die we inademen, het water dat we drinken, de weg die we afleggen tussen thuis en werk. Maar het is ook een maatschappij die vrede waarborgt en zorgt voor degelijk onderwijs, afvalophaling, veilige fietspaden, zuiver water, propere lucht, gezondheidspromotie, enzovoort. Het is de gezondheid van de samenleving.”

Begint het belang van public health stilaan door te dringen in ons land?
“Covid heeft er ironisch genoeg wel toe bijgedragen: toen hebben mensen het belang ingezien van een goed public health-systeem dat snel reageert en overkoepelend is. En met de gezondheidscrisissen waar we voor staan - met de klimaatverandering met stip op één - zal het wel moéten doordringen. Er worden wel stappen in de juiste richting gezet. Zo is het zeer goed dat bij Sciensano de gezondheid van mens én dier wordt samengenomen. Als je bijvoorbeeld weet dat 70% van de antibiotica wereldwijd bij dieren wordt toegediend, kan je die twee niet los zien van elkaar.”

U schrijft dat de gezondheidszorg slechts voor 15% bijdraagt aan onze levensverwachting, en dat we er toch 10% van ons bruto binnenlands product aan spenderen. 
“Tja, we hebben allemaal een heel geromantiseerd beeld van geneeskunde, met dank aan Hollywoodfilms en Netflix-reeksen die artsen tot helden bombarderen. En begrijp me niet verkeerd: geneeskunde is zéér belangrijk. Het is duur, maar je hebt het ook wel nodig. Heel wat kankers en andere ziektes kun je nu eenmaal niet voorkomen. Als ik morgen wakker word met een hersentumor, wil ik ook graag de beste zorgen. Maar geneeskunde mag wel pas aan het einde van de keten staan. Het is zoveel belangrijker om te zorgen dat de lucht die we inademen zuiver is, zodat die geen inflammatie van onze cellen veroorzaakt. Of dat het eten dat we in de supermarkt kopen onze kransslagaders niet doet dichtslibben. Maar in zulke preventie wordt helaas veel minder geïnvesteerd.”

“Als artsen worden wij veel te weinig opgeleid om te zien waarom onze patiënt ziek is geworden en hoe we dat kunnen vermijden”

U zei ooit de geneeskunde vaarwel, maar daar bent u op teruggekeerd. Waarom?
“Toen ik koos voor een specialisatie in public health, heeft men mij wel tien keer gezegd dat ik ‘moest kiezen’: ik zou niet én arts én beleidsmaker kunnen zijn. Ik geloofde dat ook. Vandaar dat ik - met het nodige tromgeroffel - in Knack aankondigde dat ik geen dokter meer wilde zijn. Au fond blijf ik achter mijn boodschap van toen staan: als artsen worden wij veel te weinig opgeleid om te zien waarom onze patiënt ziek is geworden en hoe we dat kunnen vermijden. Maar toen ik tijdens de covidcrisis als beleidsadviseur werkte, besefte ik dat mijn advies zo sterk was omdat ik wist hoe het er in een ziekenhuis aan toe gaat. Door elke dag patiënten te zien en in een ziekenhuis rond te lopen, word je een betere beleidsmaker. Vandaar mijn keuze voor spoedgevallen: weinig disciplines zitten zo centraal in het zorglandschap. Je zit aan de poort van het ziekenhuis en je bent een schakel tussen huisartsen en specialisten. Daarnaast zal ik bij het toekomstige Ziekenhuis Aan de Stroom ook mee het beleid uittekenen. We groeien uit tot een groot fusieziekenhuis dat hopelijk op termijn de hele metropool Antwerpen zal omvatten: 1,2 miljoen mensen. Ik hoop dat we ook buiten de muren van het ziekenhuis zullen treden, naar scholen, woonzorgcentra, caw’s, enzovoort. Zodat we de gezondheid van de Antwerpenaar kunnen managen, van wieg tot graf.”

Sam Proesmans
“Waarom zijn ziekenhuizen nog steeds betonnen burchten? Het zou zoveel bijdragen tot de gezondheid van medewerkers als ze hun lunch kunnen opeten op een bankje bij wat bomen”

Public Health is dus niet alleen een taak voor het beleid, maar ook voor ziekenhuizen en zorgprofessionals?
“Absoluut. Elke zorgverlener zou een klimaatambassadeur moeten zijn. Denk bijvoorbeeld aan afval sorteren op het operatiekwartier. Of als anesthesist kiezen voor verdovende gassen met de minste impact op het klimaat - de verschillen daarin zijn gigantisch. Je eigen acties keer op keer in vraag stellen is cruciaal. Als arts zou je ook een meer coachende rol moeten opnemen: geef mensen tips rond meer beweging, gezondere voeding… Zo werk je aan de oorzaken van al die chronische ziektes. Al besef ik uiteraard dat deze sector al ernstig overbevraagd is. In een ideale wereld zetten we meer in op preventie en worden te voorkomen ziektes echt voorkomen, waardoor artsen tijd hebben voor patiënten die hun expertise écht nodig hebben. Op ziekenhuisniveau moeten we ook dringend in de spiegel kijken. Als je een ziekenhuis binnenstapt, is het eerste wat je ziet de rokerszone voor de ingang en de cola-automaat. Ban die alsjeblieft en zorg voor een ruime fietsenstalling en meer groen! Waarom zijn ziekenhuizen nog steeds betonnen burchten? Het zou zoveel bijdragen tot de gezondheid van medewerkers als ze hun lunch kunnen opeten op een bankje bij wat bomen.”

U hamert op het belang van de vital four: niet roken, voldoende bewegen, gezond eten en een BMI onder de 30. Hoe kan dat meer worden gestimuleerd bij de brede bevolking? 
“Ik merk dat de lezers van mijn boek toch al twee keer nadenken voor ze die ene ‘occasionele’ sigaret aansteken (glimlacht). Dat is natuurlijk waar je als auteur op hoopt: dat je werk effectief gedragsverandering teweegbrengt. Maar de overheid kan ook zeer veel doen. Roken zou bijvoorbeeld een marginaal fenomeen moeten worden. Een algemeen verbod lijkt me onhaalbaar en niet wenselijk, maar kijk bijvoorbeeld naar de Verenigde Staten, waar in veel staten openbare parken, stranden, winkelstraten allemaal rookvrij zijn gemaakt. Laten we de sigaret zoveel mogelijk bannen uit de publieke ruimte. En over die ruimte gesproken: door meer te investeren in veilige, nette fietspaden, kun je die 30 minuten beweging per dag ook veel makkelijker faciliteren. Verplicht de fietshelm niet - dat heeft een averechts effect - maar verbeter de fietspaden! Op het vlak van gezonde voeding zijn er al mooie stappen gezet, denk maar aan de nutriscore. Maar men zou de btw op groenten en fruit ook kunnen afschaffen. En ongezonde voeding een stuk duurder maken, of strengere regels opleggen voor het gebruik van additieven en toegevoegde suikers. Die gezondere BMI vloeit dan vanzelf voort uit de vorige twee stappen.”

Wat met mensen die al deze regels aan hun laars lappen? Moeten zij worden “gestraft”?
“Ik ben ervan overtuigd dat we mensen vooral moeten ‘nudgen’ of aanmoedigen, in plaats van de spreekwoordelijke stok boven te halen. Want ik besef ook heel goed dat het een complex verhaal is. De ene persoon is bijvoorbeeld vatbaarder voor verslavingen, waardoor het moeilijker is om te stoppen met roken. Ook een ziekte als obesitas is multifactorieel en dus niet zo eenvoudig op te lossen. Veel mensen leven bovendien in moeilijke omstandigheden: als je elke maand moet vechten om rond te komen, snap ik dat je niet wakker ligt van die vital four. Dus nee, ik vind niet dat zulke mensen ‘gestraft’ moeten worden. Ook iemand die keer op keer hervalt met zijn alcoholverslaving, moeten we blijven helpen. Onze welvaartsstaat is iets om te koesteren: dat is een collectieve verantwoordelijkheid.”

Sam Proesmans
“Als je ziet hoeveel scans, bloedonderzoeken en dergelijke in ons land worden aangevraagd, terwijl die vaak totaal irrelevant zijn… Met zulk ‘laaghangend’ fruit kun je al een paar miljard besparen”

Wat met kostenefficiëntie: zullen we soms moeilijke keuzes moeten maken?
“Laat ik beginnen met het goede nieuws: op dit moment is er geld genoeg. Alleen zouden we de huidige middelen veel doordachter moeten gebruiken. Het is goed dat minister Vandenbroucke sleutelt aan de ziekenhuisfinanciering, die uiteraard meer op outcome dan op prestaties gebaseerd moet zijn. Als je bijvoorbeeld ziet hoeveel scans, bloedonderzoeken en dergelijke in ons land worden aangevraagd, terwijl die vaak totaal irrelevant zijn… Met zulk ‘laaghangend’ fruit kun je al een paar miljard besparen.”

De komende decennia wordt antimicrobiële resistentie dé grote uitdaging. Hoe pakken we die aan?
“Vaccineren! Zo voorkom je dat mensen een virale infectie zoals mazelen, griep of covid krijgen. Wie zulke ziektes doormaakt, wordt zwakker en krijgt daardoor veel meer kans op bacteriële subinfecties. Want het is dááraan dat de meeste patiënten overlijden. Al hebben we uiteraard een veel bredere aanpak nodig. Te beginnen bij onze veestapel, waar 70% van de antibiotica wordt gebruikt. Veeartsen schrijven die zeer vaak voor als groeistimulator: dat is bijna crimineel. Maar ook in de menselijke geneeskunde moet het antibioticagebruik fel worden ingeperkt. Elke dag zie ik patiënten die eisen dat ze antibiotica krijgen, soms zelfs tegen een banale verkoudheid. Of tegen tandpijn, godbetert. Artsen dragen een grote verantwoordelijkheid, maar burgers moeten ook beter geïnformeerd worden.”

“Hoe wijzer, hoe gezonder”, lezen we in uw boek. Wat kan er in het onderwijs nog beter?
“De basisbeginselen van de wetenschap zijn te weinig gekend bij een groot deel van de bevolking. Neem nu het verschil tussen een associatie en een causaal verband, waar ik in mijn boek op hamer: veel te weinig mensen kennen dat. Ik weet dat leerkrachten nu al overbevraagd zijn, maar die wetenschappelijke basis zou toch in alle studierichtingen onderwezen moeten worden. Hoe beter opgeleid mensen zijn, hoe gezonder: ze vinden betere jobs, kunnen in betere omstandigheden leven, hebben meer budget voor gezonde voeding, kunnen kritischer oordelen, enzovoort.”

"We mogen als zorgverleners, en als hele maatschappij, niet de ogen sluiten voor racisme"

Als we het toch over causale verbanden hebben: tussen racisme en chronische ziekten is er wel causaal verband, zo schrijft u.
“Dat was een enorme eyeopener voor mij. Als student geneeskunde heb ik nog geleerd dat mensen met een zwarte huidskleur meer kans hebben op hoge bloeddruk, bijvoorbeeld. Terwijl dat totale onzin is. Die verhoogde kans op hypertensie, of bijvoorbeeld op borstkanker bij zwarte vrouwen, heeft niets met ‘ras’ te maken, maar alles met racisme! Dat levert chronische stress op, wat leidt tot epigenetische veranderingen. Daarbovenop zijn er nog de indirecte effecten van systemisch racisme: minder kans op werk, slechtere huisvesting, enzovoort. Daar mogen we als zorgverleners, en als hele maatschappij, niet de ogen voor sluiten.”
 

TEKST: STEFANIE VAN DEN BROECK
BEELD: JONATHAN RAMAEL

wat maakt het uit
Wat maakt het uit? Waarom jouw gedrag iedereen gezonder maakt - Sam Proesmans

 

Reactie toevoegen

De inhoud van dit veld is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.