Annelien Mees
14/05/2024
Kwaliteit Technologie en innovatie Zorgbeleid Geestelijke gezondheidszorg

“Waar zit voor ons de meerwaarde?”

Schakel tussen theorie en praktijk

“Waar zit voor ons de meerwaarde?”

Online en blended hulpverlening in de geestelijke gezondheidszorg zijn in evolutie. Aan het woord is Annelien Mees, klinisch psycholoog en lector & onderzoeker toegepaste psychologie bij hogeschool Howest. “We zoeken naar hoe we allerlei digitale mogelijkheden op een doordachte manier kunnen inzetten. Waar kan het iets betekenen voor het proces, voor de cliënt, voor de organisatie?” Samen met Onlinehulp Vlaanderen engageerde ze zich ook om de CGG hierin te ondersteunen.

“Om onzekerheid bij de hulpverleners aan te pakken zetten wij de meerwaarde sterk centraal. Zo kan blended hulpverlening voor meer verbinding zorgen met het dagelijkse leven, waar cliënten ook tussen de sessies door aan de slag gaan met vaardigheden, of met topics die in de gesprekken aan bod komen. De meerwaarde kan praktisch zijn, zoals herinneringen aan afspraken of aan opdrachten via een app, een website of een digitaal platform. Als het nodig is kunnen we een nauwere opvolging voorzien, bijvoorbeeld via beeldbellen of mail tussendoor.

“Blended is geen doel op zich, maar een hulpmiddel om dingen te doen die we belangrijk vinden in onze hulpverlening”

Een methodiek om op zoek te gaan naar deze meerwaarde is het opmaken van een cliëntreis: bekijken welke stappen een cliënt typisch moet doorlopen vanaf de aanmelding voor een traject. Daarbij komen soms pijnpunten naar boven - wachttijd is een bekend voorbeeld – waarbij we kijken of blendend hulpverlening iets kan betekenen. Of we merken dat we in de eerste gesprekken bepaalde informatie altijd opnieuw geven. Dan kunnen we mensen op een blended manier op voorhand al informatie doorgeven, waardoor we meer tijd hebben om echt in gesprek te gaan. Dat zijn mogelijkheden die ook vanuit hulpverlenings- en organisatieperspectief meerwaarde bieden.”

Annelien Mees
Annelien Mees: "Met Howest doen we aan actieonderzoek, waarbij we met organisaties aan de slag gaan"

Flowchart digitale inclusie

Onlinehulp Vlaanderen bundelt expertise en kennis voor professionals in online en blended welzijnswerk en gezondheidszorg in Vlaanderen. Naast Howest zijn ook de hogescholen Thomas More en ArteveldeHogeschool hierbij betrokken, en de werkveldorganisaties Psyche en SAM.

“Binnen een van de projecten die we gelopen hebben met de CGG, de impactmeting, kwam naar voren dat onze hulpverleners nood hebben aan handvatten om in te schatten voor wie we blended kunnen inzetten en voor welke cliënten het minder van toepassing of geïndiceerd is. Hiervoor baseerden we ons op Fit for Blended Care, een vragenlijst van de Universiteit van Twente die rekening houdt met e-inclusie en digitale inclusie. De betrokken CGG maakten een vertaaloefening naar hun CGG en bundelden alle belangrijke stappen in een flowchart met extra tips. Met Onlinehulp Vlaanderen hebben we hiervoor instrumenten aangebracht.”

Opleiding
“Met Onlinehulp Vlaanderen brachten we al onze expertise samen in een vierdaagse vorming blended hulpverlening in de ggz. Daar belichten we heel veel verschillende aspecten, zowel de praktijk (de soorten apps en het uitproberen ervan), als de manier waarop je een blended traject op maat van je cliënt maakt. Hoe ga je met cliënten daarover in gesprek? Hoe kan je ze motiveren? En ook op organisatieniveau: hoe kan je collega's of medewerkers meekrijgen in dat proces?”

Actieonderzoek
“Howest is als hogeschool gericht op praktijkgericht onderzoek. Hoe kunnen we de theorie of wetenschappelijk onderzoek vertalen naar de praktijk, wat is er nodig om dat echt in een organisatie geïmplementeerd te krijgen. Het is actieonderzoek, waarbij we met organisaties aan de slag gaan in trajecten. Op die manier leren we bij over wat werkt, en proberen we daar dan ondersteunende instrumenten of werkvormen rond te ontwikkelen. In een traject van meer dan een jaar met de CGG en Zorgnet-Icuro hebben we heel wat kunnen bijleren. Aan de hand van modellen en ervaringen uit andere projecten proberen we een schakel te zijn. Onze sterkte als hogeschool ligt daar.”

Coaching en intervisie

blended 4
Annelien Mees ondersteunde de intervisie- en coachingtrajecten met de CGG

“Het idee om met intervisie aan de slag te gaan kwam vanuit het lerend netwerk zelf. Niet iedereen moet op zijn eigen eilandje alles zitten uitzoeken; er kan gedeeld en samengewerkt worden. Wij hebben daarin ondersteund via intervisie voor een groepje coaches/intervisoren, waarin ik kapstokken meegaf. Dus ook daar theorie concreet vertaald naar de praktijk. In de bijeenkomsten vertrokken we van vragen in hun eigen organisatie of bij de andere CGG die zij ondersteunen. Zo merkten ze dat het heel snel heel veel wordt wanneer men blended meteen wil implementeren in de volledige organisatie met alle cliënten. Durven keuzes maken – voor wie eerst, met welke teams, welke tools, welke minimumverwachtingen - heeft rust gebracht tijdens de intervisies. Ook de samenwerking tussen het beleid en de medewerkers was een thema.”

“Niet iedereen moet op zijn eigen eilandje alles zitten uitzoeken”

Next steps
“Binnenkort loopt het actieplan af. Ik wens de CGG toe dat ze hun lerend netwerk kunnen voortzetten, want het heeft heel veel meerwaarde. Ik hoop dat de overheid het voldoende blijft op de kaart zetten, dat ze er tijd en middelen voor genereren, dat het niet als vanzelfsprekend wordt gezien. Het is een lang proces dat zeker nog niet afgerond is. Door het actieplan zijn de geesten gerijpt, maar er is nog een lange weg te gaan om het echt onderdeel te maken van de standaard mogelijkheden binnen een behandeling.

Blended en online hulpverlening zullen meer en meer ingang vinden in de ggz. De aanvragen die we binnenkrijgen bij Howest en Onlinehulp Vlaanderen naar vorming of procesbegeleiding zitten duidelijk in de lift. We kunnen het zien als iets dat naast de klassieke hulp komt. Bij hulpverleners die het niet zo goed kennen, zit er wel wat angst dat zij minder aan bod zullen komen. Ook AI zal in de toekomst een grotere rol spelen. Ook daar zal het zoeken zijn hoe het een hulpmiddel kan zijn voor de hulpverlener, en niet iets waarvoor we bang moeten zijn. We moeten zeker kritisch blijven kijken naar die evoluties, maar het kan onderdeel worden van elke organisatie binnen de ggz. Daarom niet per se voor elke cliënt, maar wel voor elke hulpverlener.” 

Tips voor organisaties in de praktijk

  • Start vanuit een bepaalde visie. Waar zit voor ons die meerwaarde? Breng via een cliëntreis in kaart wat pijnpunten zijn, en waarop je wil inzetten. Hoe kan blended hulpverlening voor ons iets betekenen? Welke vormen willen wij inzetten? Wat past er bij ons als organisatie, hoe kijken wij naar hulpverlening? Voor welke persoon willen we dat wel doen en niet doen? Leg op beleidsniveau een aantal krijtlijnen vast, met input van de mensen die in de praktijk staan.
  • En dan werk je een plan uit. Hoe gaan we die krijtlijnen in de praktijk implementeren? Ga daarbij eerst na wie werkt in de organisatie. Welke teams? Welke doelgroepen? Hoe staan de hulpverleners er tegenover? Hoe competent zijn ze of voelen ze zich hierin? Er bestaan een aantal instrumenten om dat in kaart te brengen. Vandaaruit open je het gesprek op teamniveau, en kan je keuzes maken waar je start. Sommige CGG kiezen ervoor om eerst met de enthousiaste personen uit elk team een aantal zaken uit te proberen om nadien uit te breiden. Het kan ook zijn dat ze focussen op één team, bijvoorbeeld het jongerenteam.
  • In de derde stap ga je op zoek naar hefbomen. Een vorming geven, bijvoorbeeld over welke apps er bestaan, is niet genoeg is om alles vanzelf te laten verlopen. Het 7E-model stelt 7 hefbomen voor. Naast vorming is ook het faciliteren (enable) een hefboom. Dat is zoeken naar tools, zoals de flowchart, die de therapeuten of de psychologen kunnen ondersteunen. Maar even goed zorgen voor het juiste materiaal. Als je met apps gaat werken heeft de hulpverlener ook een smartphone nodig, voor beeldbellen is er een laptop nodig met een webcam, maar ook een rustige ruimte. Een ander voorbeeld van een hefboom is enthousiasme creëren, door verhalen en good practices te delen, door hulpverleners samen te zetten.
  • Dan kan je evalueren, en uitbreiden, met een nieuw team of met meer mensen. Zorg voor een mooi samenspel tussen het beleidsniveau en het niveau van de hulpverleners. Dat er goed naar elkaar geluisterd wordt. Dat terwijl er speling is voor de realiteit van de praktijk, het tegelijk duidelijk is waar de organisatie naartoe wil. En dat er aan de kant van de hulpverleners openheid is om dingen uit te proberen. Er is experimenteerruimte. Misschien kan je wel overdonderd worden door wat er allemaal is, maar dan kunnen krijtlijnen van beleid helpen om dat af te bakenen.
  • Het vraagt een andere manier van werken, die tijd vraagt om te leren en in te werken, net zoals bij andere werkvormen of nieuwe soort behandeling. Het is belangrijk dat de organisatie er niet zomaar vanuit gaat dat hulpverleners er automatisch mee aan de slag kunnen. Het is een mindshift om niet enkel bovenop de gewone therapie ook een app of een interessante website mee te geven, maar die ook echt onderdeel van het proces te laten zijn. Wanneer een cliënt bijvoorbeeld een tijdje haar stemming bijhoudt in een app, is het belangrijk om nadien samen in de sessie te kijken wat zij eraan heeft gehad, te analyseren en eruit te leren.
  • Voor digitale vaardigheden is een hulplijn belangrijk, om hulpverleners voldoende vertrouwen te geven. Ze moeten zich zoveel nieuwe vaardigheden eigen maken. Als het dan fout loopt op inlogproblemen of zo, kan de motivatie ook wel snel dalen. Begrijpelijk, er is weinig tijd, er is heel veel werk.
  • Het is een andere manier om te kijken naar therapie, waarbij cliënten het heft meer in eigen handen krijgen, zelf aan het werk gezet worden. Dat werkt niet voor alle cliënten. Blended hulpverlening is zeker niet iets wat we standaard bij iedereen moeten doen, maar afhankelijk van de meerwaarde waarop je inzet.
  • Eens hulpverleners de klik hebben gemaakt dat het geen doel is op zich, maar een hulpmiddel om dingen te doen die zij belangrijk vinden in hun manier van hulpverlening, zien ze veel mogelijkheden en kan weerstand die er initieel soms is, omgedraaid worden.

Ben je op zoek naar een vorming rond online of blended hulpverlening in je organisatie, heb je graag hulp bij de implementatie van blended werken onder de vorm van procesbegeleiding, of ben je op zoek naar handige instrumenten, inspirerende artikels, of andere handvaten om zelf aan de slag te gaan? Neem dan een kijkje op www.onlinehulp-vlaanderen.be.

Lees ook het interview met de ervaring van de CGG uit de praktijk

 

TEKST: EVA DE WAL – BEELD: TINNE VANWEZEL

Reactie toevoegen

De inhoud van dit veld is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.