Bert Anciaux en Katleen Evenepoel
19/05/2023
Kwaliteit Zorgbeleid Revalidatieziekenhuizen Woonzorg Geestelijke gezondheidszorg

“Ontschotting is een meerwaarde voor iedereen”

Woonzorgcentrum De Overbron en vergunde zorgaanbieder Zonnelied werken samen

“Ontschotting is een meerwaarde voor iedereen”

Vertrekken vanuit de wensen van de mensen. Dat is het uitgangspunt van zowel woonzorgcentrum De Overbron als van Zonnelied, een vergunde zorgaanbieder (VZA) van het VAPH. De gemeenschappelijke overtuiging dat ontschot werken een meerwaarde is, maakte dat beide organisaties elkaar gevonden hebben. Zo komt het dat mensen met een handicap verblijven in De Overbron en outreachend worden begeleid door Zonnelied. Bert Anciaux, gedelegeerd bestuurder van De Overbron en Katleen Evenepoel, algemeen directeur van Zonnelied, hebben het uitgebreid over waarden, cultuur en het belang van pionieren.

De Overbron en Zonnelied werken samen. Hoe zit dat precies in de praktijk?

Evenepoel: “Zo’n tien jaar geleden startten we met het project Zonar. In Brussel verblijven veel mensen met een handicap in een woonzorgcentrum en hebben daarom geen officiële vraag voor het VAPH. Nochtans zitten zij niet altijd op de juiste plaats. Vaak zijn ze heel wat jonger dan de gemiddelde wzc-bewoner. Met Zonar willen we hieraan tegemoet komen. We gaan langs bij woonzorgcentra om daar outreachend voor die groep te werken. We zorgen daarbij niet alleen voor een aanbod voor de bewoner, maar ook voor het team errond, bijvoorbeeld met opleidingen. Ondertussen zitten we aan het twintigste woonzorgcentrum waarmee we samenwerken.”

Bert Anciaux
Bert Anciaux: “Wij willen een woonzorgcentrum zonder muren zijn”

Anciaux: “Vandaag is dat project geëvolueerd. Wij vangen nu ook mensen op die ondersteund worden door het VAPH. Voor ons is de samenwerking een bewuste keuze om uit het geïsoleerde wzc-leven te breken. Wij willen een centrum zonder muren zijn. We hebben trajecten lopen binnen de zorgzame-buurtenprojecten waarbij we de trekkende kracht zijn om extra muros te werken. We willen ook in ons huis de samenleving terugvinden. De samenwerking met Zonnelied sluit hierbij aan. Het voelt goed voor onze bewoners om jongere mensen rond zich te hebben. Die mensen bieden zorg voor onze bewoners en omgekeerd. Het is een wisselwerking. Ook het personeel ervaart dit als iets positief.”

Hoor ik jullie pleiten voor een ontschotting binnen gezondheid & welzijn?

Evenepoel: “Het is inderdaad onze droom om de verschillende werelden te koppelen. In onze samenwerking betekent dat bijvoorbeeld het combineren van dagbesteding bij Zonnelied en het residentiële bij De Overbron. Sommige mensen vinden het interessant om overdag elders te zijn.”

Anciaux: “Ik geloof echt in ontschotting, al mag die niet ten koste gaan van de eigenheid van en specifieke zorg voor mensen en doelgroepen. Dat mag niet afvlakken. Kwaliteit moet gewaarborgd blijven. Ontschotting is niet evident, maar moet echt het einddoel zijn. Het zal veel tijd vragen door de verschillen in historiek van de sectoren. Nu is het door regelgeving soms financieel puzzelen. Erkende wzc-plaatsen mag je bijvoorbeeld niet gebruiken voor dit project. Die moeten we (tijdelijk) laten schrappen. Het is een kwestie van afspraken maken over wat haalbaar is, in de eerste plaats met de bewoner zelf. Toen we net startten met dit project, hadden we ruimte in ons woonzorgcentrum. Nu niet meer, waardoor het project nog meer een bewuste keuze is. Het is niet langer vanuit een noodzaak om ons woonzorgcentrum vol te krijgen, een probleem waar vele wzc’s mee kampten na corona.”

Bert Anciaux: “Positief is dat de administraties van goede wil zijn. Er is veel luisterbereidheid. Ze vinden het oké dat we wegbereiders zijn

Evenepoel: “Omdat persoonsvolgende budgetten soms te laag zijn, kan dit een spanningsveld vormen. Toch kiezen we ervoor om dit te proberen en zelf bij te dragen indien nodig. Het is het leergeld dat we betalen. Elke opname heeft zo zijn uitdaging. Als je het puur zakelijk zou bekijken, kunnen wij geen enkele opname doen. Wij werken echter vanuit het mensgerichte en willen ook een meerwaarde aan de samenleving bieden. Dat is pionieren.”

Anciaux: “Positief is dat de administraties van goede wil zijn. Er is veel luisterbereidheid. Ze vinden het oké dat we wegbereiders zijn. Soms remmen ze af, maar ik wil dan ook te snel gaan. Je kan een tanker niet meteen 180 graden draaien, al zouden we dat willen.”

Evenepoel: “De administratie is heel open. Het probleem is de juridisering. Regels zijn ook uitgepuurd per sector. Dat ligt aan niemand.”

Kunnen we meer mensen helpen door ontschotting?

Evenepoel: “Op individueel niveau gaat die vlieger niet op. Zorg kost wat zorg kost. Op metaniveau zal de samenleving er wel op vooruitgaan. Geen lege bedden meer, expertise op de juiste plaats enz. Mensen zullen de juiste zorg op de juiste plaats krijgen. Veranderingen verlopen niet meer geleidelijk. Wat we vandaag beslissen, kan morgen anders zijn. Die complexiteit is moeilijk te volgen. Daarom is het belangrijk om transversaal te denken. Om kennis bij elkaar te brengen. Ik wil niet samenwerken met mijn gelijke, maar met partners die een andere expertise hebben. We moeten uit onze sector komen.”

Anciaux: “Klopt. Zo werken wij samen met justitie door werkstraffen te laten uitvoeren in ons wzc. Openheid en goede afspraken zijn hierbij cruciaal. Ook met de bewoners en hun familie. We hebben hier goede ervaringen mee. Mensen hebben die kansen nodig.”

Evenepoel: “Wij werken ook samen met justitie binnen onze organisatie vanuit de begeleidingsmethodiek van onze sector. De wachtlijst van de justitiehuizen om werkgestraften aan het werk te krijgen, werd fors gereduceerd, zowel in West-Brabant als Brussel. Het is fout te denken dat de zorg alleen maar geld kost. Wij kunnen ook iets betekenen voor de samenleving.”

Hoe ervaren de personen met een handicap het zelf om in een woonzorgcentrum te zitten?

Anciaux: “Nele (fictieve naam, nvdr.) zit hier nu een klein jaar en wordt op handen gedragen door de andere bewoners én het personeel. In het begin was er een problematiek van nachtelijk dwalen, maar dat hebben we opgelost. Overdag is haar aanwezigheid een absoluut plezier. Ze wordt meestal ervaren als het zonnetje in huis. Zelf ervaart ze dezelfde warmte. Ze heeft hier dan ook een opdracht, iets wat ze zelf wilde. Het geeft haar zin. In het begin was het zoeken omdat ze in een nieuwe setting kwam. Zij moest zaken achterlaten. Het was een rouwproces.”

Evenepoel: “Nele zat in Zonnelied. De situatie van dementie maakte het echter moeilijk. We moesten dit medisch aspect met het pedagogische samen brengen en de verhuis naar De Overbron kwam als oplossing uit de bus. De overgang verliep goed omdat beide organisaties dezelfde waarden delen. Dat hebben we van in het begin afgetoetst bij elkaar. We gaan op dezelfde manier met mensen om waardoor het geen cultuurshock was. We vinden dat belangrijk omdat wij iemand ‘afgeven’ en bezorgd zijn over het geluk van ‘onze’ mensen in de nieuwe setting. Ondertussen zien we nog mensen bij ons die zich goed zullen voelen in De Overbron. Zo meldde zich onlangs iemand met een niet aangeboren hersenletsel (NAH). Bij Zonnelied is er geen plaats, maar De Overbron past heel goed bij de wensen van dat individu.”

Anciaux: “Er wordt altijd goed nagedacht in welke setting een persoon past. Iets wat wij niet beslissen. We gaan daarover in gesprek met de persoon zelf én diens netwerk.”

Evenepoel: “De vraag kan ook vanuit de persoon zelf komen. De belangrijkste afweging die we maken, is of hij of zij gelukkiger wordt. Kan de nieuwe setting kwaliteit van leven garanderen?”

Katleen Evenpoel
Katleen Evenepoel: “Ik wil samenwerken met partners die een andere expertise hebben”

Wat betekent voor jullie kwaliteit van leven?

Anciaux: “Je leven voort kunnen zetten. Dat kan zich uiten in kleinigheden zoals het gewenste uur van eten, maar de basis zit vooral in het gerespecteerd worden. Wij werken dan ook volgens het Scandinavische Tubbe-model dat sterk de nadruk legt op participatie. Ik zeg onze bewoners voortdurend dat ze meer kritisch moeten zijn. In die generatie zie je dat te weinig. ‘Ze hebben al zoveel te doen’, zeggen ze vaak. Dan zeg ik: ‘ja, maar ze zijn hier om u te helpen.’ Onze filosofie is dat wij als medewerkers in het huis van onze bewoners komen. Daarnaast is het onze taak om de bewoners naar buiten te brengen en de samenleving naar binnen.”

Evenepoel: “Wij noemen onze bewoners ‘gasten’. Wij zijn te gast bij hen. Het is hun huis, hun werking, enz. We werken vanuit het verlangen van de gasten. Het gaat over de mens op zich. Hoe voelt een gast zich? Waar heeft hij nood aan? Wil iemand acteur worden? Dan werken we daarmee. Dat is niet altijd evident bij personen met een verstandelijke handicap. Ze zijn vaak lang gewoon geweest te doen wat een ander zegt. Dat proberen we eruit te halen door onze gasten bijvoorbeeld te laten proeven van al onze ateliers tot ze hun passie ontdekken.”

Anciaux: “Het is geen vanzelfsprekend ideaalbeeld, dat beseffen we. Ik mag van geluk spreken met ons huidige personeel. Een goede ploeg is cruciaal. Je hebt mensen nodig die trekker willen zijn. Het belang van participatie zit immers ook bij je team. Het is aan mij om te kunnen loslaten, om hen voldoende autonomie te geven. Iets dat ik heb moeten leren.” (lacht)

Evenepoel: “Ik geef mensen veel vrijheid. Ik geef hen het vertrouwen om in hun opdracht, hoe klein die ook is, ruimte te krijgen.”

Jullie werkingen hechten veel belang aan het artistieke.

Anciaux: “Absoluut. De Overbron wil een ontmoetingsplek zijn in de wijk of zelfs de stad. Onze tuin is dan ook zo gebouwd dat er veel culturele activiteiten kunnen georganiseerd worden. We hebben een cultuurmedewerker in dienst en werken samen met bekende Vlamingen. We zetten veel in op animatie en cultuur. Ook Nele beleeft hier enorm veel plezier aan.”

Evenepoel: “Nele heeft altijd toneel gespeeld. Ooit heeft ze dat moeten loslaten, maar bij Zonnelied en nadien ook de De Overbron kan ze dat terug beleven. Het artistieke is een ideaal veld om iets te kunnen uitdrukken. Nele kan geen volzinnen maken, maar op het podium is het ongelooflijk om te zien hoe ze zich kan uitdrukken. Het is haar manier om te tonen dat ze iets te vertellen heeft.”

Anciaux: “Ze heeft ook echt iets te vertellen, in heel haar uitstraling. Onze visie is dat mensen hun interesses kunnen uiten, hun hobby’s kunnen voortzetten. Het is een vorm van verbinding. We hebben een breed aanbod waaruit mensen kunnen kiezen, in kleine of grote groepen. Soms zelfs individueel dankzij samenwerkingen met o.a. scholen. Niemand wordt verplicht.”

Katleen Evenepoel: “Het is fout te denken dat zorg alleen maar geld kost”

Is inzetten op cultuur betaalbaar?

Evenepoel: “Het is een misvatting te denken dat cultuur veel geld moet kosten. Je moet het niet alleen van subsidies laten afhangen, maar ook creatief te werk gaan. Zo werken we met Stefan Perceval die met ons een voorstelling maakt. Die was na twee weken uitverkocht. Het is een statement dat onze mensen iets te vertellen hebben. Ook voor familie en onze medewerkers is dat belangrijk. Ze krijgen goesting om mee te werken.”

Anciaux: “Het is een kwestie van netwerk uitbouwen. Ook kunnen we middelen voor cultuur inzetten omdat we geen middelen naar aandeelhouders moeten laten stromen.”

Evenepoel: “Bert en ik zijn ondernemend. We doen het gewoon en tonen ook aan wat de meerwaarde is van wat we doen. Wat we doen, is waardevol en dat vertellen we aan onze administraties en de politiek.”

 

TEKST: SOPHIE BEYERS – BEELD: SOPHIE NUYTTEN

Mooi artikel met zeer terechte bedenkingen!

"Leeftijdsonafhankelijk woonzorgbeleid" dient eindelijk eens volledig te worden gerealiseerd (nu is er enkel nog maar iets rond hulpmiddelen gebeurd).
Transversaal (over sectoren en lijnen heen), geïntegreerd en interdisciplinair... meerdere doelgroepen onder 1 dak... . Diverse drempels: categoriale financiering (bovendien federaal versus Vlaams gefinancierde zorg- en welzijnsberoepen), problematische gegevensdeling, categoriale regelgeving, ... .

'Ontschotting' op diverse niveaus is absoluut een conditio sine qua non. Mevr. K. Moykens gaf dit al aan in haar presentatie "Wat beweegt er in het Vlaamse zorglandschap? Enkele thema’s uitgelicht" in december 2017 (!) in vzw Rotonde (Brasschaat). Zie slide uit deze ppt:

ONTSCHOTTING IN DE ZORG – 3 NIVEAUS
- Tussen agentschappen van Departement WVG
-> Geïntegreerd breed onthaal, eengemaakt steunpunt, jeugdhulp en hulp voor jongvolwassenen, …
- Tussen beleidsdomeinen
-> Afstemming werk- en zorgtrajecten, leeftijdsonafhankelijk woonzorgbeleid ook voor personen met een beperking, …
- Tussen formele en informele zorg
-> Mantelzorgplan
4 assen: maatschappelijke erkenning en waardering; ondersteuning op maat, samenwerking
tussen informele en professionele zorg, jonge mantelzorg

Ppt kan ik bezorgen via mail, maar kan ze hier spijtig genoeg niet invoegen.

Nog een bedenking: waarom kan een WZC niet beschikken over alle "functies" (= residentieel; kortverblijf - oriënterend kortverblijf; dagopvang en - verzorging) zodat flexibel en wendbaar kan ingespeeld worden op zorg- en ondersteuningsvragen uit de 'zorgzame buurt'... . Nu verhindert de rigide programmatie dit. M.a.w. niet meer werken met x aantal erkende woongelegenheden edm, maar zoals in het VAPH... 'vergunde woonzorgaanbieder'. Sloop die muren om ons heen...

vriendelijke groeten
Stefan Van Eeckhout
https://www.linkedin.com/in/stefan-van-eeckhout-30969083/

Reactie toevoegen

De inhoud van dit veld is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.