Bewoners wandelen
21/01/2022
Personeel en Organisatie Zorgbeleid Woonzorg

Zorgnet-Icuro ondersteunt woonzorgcentra met gefaseerd noodplan bij personeelsuitval

De Omikron-besmettingen in de samenleving blijven voorthollen. Dat tonen helaas ook de stijgende cijfers van het aantal besmettingen bij bewoners en personeel in de Vlaamse woonzorgcentra. Gelukkig leidt in de meeste gevallen een besmetting met Omikron bij een bewoner niet tot zware ziektesymptomen. Maar ook veel personeelsleden raken besmet. Een hoge personeelsuitval wegens ziekte of quarantaine kan de normale zorg en ondersteuning van de bewoners in het gedrang brengen. Het is belangrijk dat woonzorgcentra zich tijdig voorbereiden op zo’n scenario. Zorgnet-Icuro reikt hiervoor een plan aanHet voorstel wordt besproken met het kabinet van minister Beke.

De opmaak van dit noodplan voor de sector ouderenzorg ligt in lijn met de noodplannen die in verschillende maatschappelijke sectoren al opgemaakt zijn. Het bekijkt welke maatregelen worden getroffen en welke stappen worden doorlopen in de verschillende fases, gaande van een beperkte personeelsuitval tot een zeer hoge graad van absenteïsme. Met dit richtinggevend kader kunnen de woonzorgcentra concreet aan de slag. Zij kunnen dit plan als uitgangspunt nemen en aanpassen naargelang de noden en mogelijkheden van hun specifieke voorziening. Op basis van het plan kunnen woonzorgcentra de nodige voorbereidingen treffen, overleg plegen en een proactieve communicatie voeren met bewoners en familieleden.

Hoofddoelstelling is om – zelfs bij een heel hoge personeelsuitval – de basis zorg- en dienstverlening, de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van de bewoners te garanderen. Het plan omschrijft in detail wat onder basiszorg en -ondersteuning wordt begrepen, uitgaande van wat in de Vlaamse regelgeving opgenomen is. Vervolgens wordt, naargelang de omvang van het absenteïsme, een fase bepaald waaraan mogelijke specifieke acties zijn gekoppeld:

  • Fase 1: minder dan 10% van de medewerkers is afwezig. In deze fase is er continuïteit van dienstverlening mits herschikking van dienstroosters, langere shifts op vrijwillige basis, tijdelijke verhoging percentage arbeidscontract…
  • Fase 2: tussen 10 en 25% van de medewerkers is afwezig. In deze fase wordt een “coördinatieteam” ingezet en zijn er per individuele bewoner diverse aanpassingen aan de basiszorg en ondersteuning. Alle niet-dringende zaken worden, waar mogelijk in overleg met het zorgteam, bewoners en de huisarts, uitgesteld. In deze fase wordt er ook gerekend op een actieve inzet van familie en netwerken, die helpen bij maaltijden en andere praktische zaken.
  • Fase 3: meer dan 25% van de medewerkers is afwezig. In deze fase is er contact met het Agentschap Zorg en Gezondheid, de burgemeester en de gouverneur. Bewoners met zeer complexe zorgnoden kunnen in deze fase worden doorverwezen naar het ziekenhuis of een herstelverblijf.

Belangrijk is dat woonzorgcentra over hun noodplan proactief communiceren met bewoners, familie, medewerkers, vrijwilligers, vakbonden, huisartsen, de coördinerend en raadgevend arts (CRA), het lokaal bestuur, de zorgraad, en dat zij transparant kenbaar maken in welke fase het woonzorgcentrum zich bevindt. De betrokkenheid van al die partners is immers een kritische succesfactor bij het uitvoeren van een dergelijk noodplan.

Download hier het voorstel van continuïteitsplan voor woonzorgcentra