24/06/2020
Zorgbeleid

Netwerken zijn de toekomst

JOURNALIST GUY TEGENBOS

“Netwerken zijn de toekomst”

juni 2020

In de toekomst kijken, het heeft Guy Tegen­bos, jarenlang politiek journalist voor De Standaard met een stevige boon voor de gezondheidszorg, altijd al gefascineerd. In de beleidsaanbevelingen van Zorgnet-Icuro ziet hij goede voorstellen om de zorgsector te transformeren. “Ik ben het grotendeels eens met de voorstellen van Zorgnet-Icuro.” 

Wat is uw kijk op de beleidsaanbevelingen van Zorgnet-Icuro?
“Zorgnet-Icuro durft het aan om met dit rapport twee fameuze bochten te maken die ik beide ondersteun. De eerste is die van de geografische indeling van de zorg. Het is tijdens de coronacrisis eens te meer duidelijk geworden dat de huidige verdeling van bevoegdheden niet werkt. In zijn beleidsaanbevelingen pleit ook Zorgnet-Icuro er nu voor om de zorgbevoegdheden over te hevelen naar de gewesten - dus de plaats waar je woont - en niet langer naar de gemeenschappen - de taal die je spreekt. Daardoor kunnen de Brusselaars zelf hun zorg organiseren in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Maar daarvan kan maar sprake zijn als de Brusselaars bewijzen dat ze een deftige behandeling zullen geven aan de Nederlandstaligen. Op dit ogenblik worden de Vlaming en het Nederlands in de meeste Brusselse instellingen systematisch en bewust weggeduwd en genegeerd.”

“Met het oog op de toekomst en een mogelijke nieuwe opstoot van het coronavirus is het belangrijk dat ziekenhuizen, thuiszorgdiensten, woonzorgcentra… met elkaar verbonden zijn. Voor de netwerkvorming zie ik een belangrijke rol weggelegd voor het Vlaamse niveau.”

Een herfederalisering om naar homogene bevoegdheden te gaan is niet wenselijk. Je kan het vergelijken met een tandpastatube: eens de tandpasta uit de tube is geknepen, dan krijg je die er niet meer terug in. Dat geldt evenzeer voor de bevoegdheden die geregionaliseerd werden, dus uit de tube werden geduwd, en nu terug zouden moeten gaan naar het federale niveau, de tube. Een tweede bocht die met deze beleidsaanbevelingen wordt genomen is die van de financiering. Ook Zorgnet-Icuro zit nu op de lijn van de meer forfaitaire of pathologiegebonden financiering, weg van de prestatiefinanciering. 

Wat zijn voor u de belangrijkste hef­bomen voor een transformatie van de gezondheidszorg?
Ik onderscheid er drie. Ten eerste is er de netwerkvorming: binnen de eerstelijnshervorming zijn er eerstelijnszones en regionale zorgzones opgericht. Die moeten we verbinden met de ziekenhuisnetwerken. Met het oog op de toekomst en een mogelijke nieuwe opstoot van het coronavirus is het belangrijk dat ziekenhuizen, thuiszorgdiensten, woonzorgcentra… met elkaar verbonden zijn. Voor de netwerkvorming zie ik een belangrijke rol weggelegd voor het Vlaamse niveau. Ten tweede is er de herziening van de financiering. Dat is meer federale materie. Toen de coronapandemie toesloeg, werkte het ziekenhuispersoneel als nooit tevoren, maar in het systeem van prestatiefinanciering, kregen ze haast geen cent. Een meer forfaitaire of een pathologiegebondenfinanciering zijn beter. Artsen krijgen zo een budget en tevens de verantwoordelijkheid om een aantal patiënten op te volgen. Zo kunnen we onnodige onderzoeken sterk terugdringen. Tot slot zijn en blijven ook de patiënten een motor voor verandering. We moeten hen daarvoor ook expliciet uitnodigen. Aan hun perspectief is tijdens de coronacrisis te makkelijk voorbijgaan. 

Al die bewegingen zouden kunnen plaatsgrijpen volgens hetzelfde stramien: de politiek die de krijtlijnen afbakent voor experten, die op hun beurt het terrein verkennen en alternatieven uitwerken. Hiervoor verdienen ze de nodige vrijheid om resultaten te boeken.

Wat ziet u als de grootste hinderpaal om uw voorstel in de praktijk te brengen?
Om te beginnen het feit dat er op dit moment geen volwaardige federale regering is. Dat zet meteen een rem op de snelheid om met de beleidsaanbevelingen aan de slag te gaan. Als een formatie nog lang uitblijft, zal de Vlaamse regering zelf de eerste zet moeten doen. Ten tweede, en dat is al herhaaldelijk gebleken in de geschiedenis, ontbreekt het in ons land vaak aan moed om knopen door te hakken, ook op politiek vlak. De grootste handicap echter is een gebrek aan visie. In de politiek heeft men steeds de neiging om wat dichtstbij ligt eerst aan te pakken. Nuttiger zou zijn om na te denken waar we naartoe zouden moeten evolueren. De administraties kunnen hier een vooraanstaande rol in spelen. Mensen als Jo De Cock bij het RIZIV en Pedro Facon bij de FOD Volksgezondheid kunnen die langetermijnvisie mee ontwikkelen op het federale niveau.

Wat is uw belangrijkste boodschap voor de regering?
Zowel voor de federale als voor de Vlaamse regering: maak verder werk van de netwerken. Het moet gezegd dat Maggie De Block relatief ver is geraakt in het verhaal van de ziekenhuisnetwerken. Nu is het kwestie om hier – van onderuit – een nieuwe stap in te zetten.

 

TEKST: JENS DE WULF • BEELD: SOPHIE NUYTTEN

Reactie toevoegen

De inhoud van dit veld is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.