Linde Tilley Filip Charlier
29/06/2022
Zorgbeleid Algemene Ziekenhuizen Eerste lijn

“De grootste uitdaging ligt bij de communicatie tussen de eerste en de tweede lijn”

Huisartsen Linde Tilley en Filip Charlier over de samenwerking met ziekenhuizen

“De grootste uitdaging ligt bij de communicatie tussen de eerste en de tweede lijn

De eerste lijn en de ziekenhuizen, het lijken soms twee aparte werelden. En hoewel ziekenhuizen en huisartsen hetzelfde doel voor ogen hebben, namelijk goede zorg aanbieden, loopt de weg voor beide partijen vaak anders. Zorgwijzer ging erover praten met twee huisartsen. Linde Tilley en Filip Charlier nemen onder de loep wat er nodig is om de routes meer op elkaar af te stemmen.

Filip Charlier: "Eén gedeeld elektronisch dossier over alle lijnen heen is essentieel"

“Ik ben enorm geïnteresseerd in beleid en als ik actief kan meewerken, dan doe ik dat graag”, zegt Filip Charlier. Hij is huisarts in groepspraktijk Binkom, voorzitter van de huisartsenkring Khobra, zetelt in de raad van bestuur van het Heilig Hartziekenhuis Leuven en was tijdens de covidcrisis actief als mSPOC en medisch expert van de vaccinatiecentra.

Filip Charlier
Filip Charlier

Een huisarts luistert wat een persoon nodig heeft en probeert een antwoord te bieden met onderzoeken die noodzakelijk zijn, maar ook economisch te verantwoorden. Ziekenhuizen komen soms met een bazooka van diagnostiek, zonder daarmee een antwoord te bieden op de vraag van de persoon zelf. Kortom, de verwachtingen van een huisarts bij een opname worden niet altijd gecapteerd door de tweede lijn. Een oudere man wordt bijvoorbeeld opgenomen wegens tijdelijke pijnreductie. Soms resulteert dat in een opname van enkele weken, waarbij de patiënt wordt ontslagen met drie extra diagnoses, maar nog steeds evenveel pijn.

Blijven praten

De grootste uitdaging ligt daarom wat mij betreft bij de communicatie tussen de eerste en de tweede lijn. Niet alleen praten met elkaar is essentieel, maar daarnaast moeten we richting overheid blijven hameren op één gedeeld elektronisch dossier over alle lijnen heen.

"Door samen actief na te denken en daarin een systematiek te organiseren, worden er merkbare stappen gezet"

Het blijft ook noodzakelijk dat artsen elkaar kennen als collega's en dat er laagdrempelige communicatielijnen zijn. Het kan niet dat een huisarts bij dringende gevallen een kwartier moet wachten om een specialist aan de lijn te krijgen. Maar vanuit de eerste lijn hebben we ook onze verantwoordelijkheden. We moeten zorgen voor een kwaliteitsvolle sumehr die goed doorgestuurd wordt. Als die aspecten al goed zouden lopen, staan we al een pak verder.

Wat al bestaat en wat opnieuw mag starten

Een mooi voorbeeld van laagdrempelige communicatie is het collegiaal advies in het netwerk van UZ Leuven. De huisarts kan een niet-urgente vraag stellen aan een specialist die daar op zijn beurt binnen de drie dagen op antwoordt. Ook de vroegere begeleidingscommissies zie ik graag opnieuw opstarten. Daarin ontwikkelden we een beleid waarin transmurale zorg optimaal functioneert. Net door samen actief na te denken en daarin een systematiek te organiseren, werden er merkbare stappen gezet.

Met de oprichting van de eerstelijnszones verdween de structuur van de SEL, waarbinnen de begeleidingscommissies georganiseerd werden. Dat is jammer, want de eerstelijnszones zijn netwerkorganisaties die zich richten op beleid en veel minder op organisatorisch uitvoeringswerk. Door die reorganisatie werden er politiek keuzes gemaakt waardoor wat goed liep nu niet meer ondersteund wordt. Hierdoor zitten er hiaten in het systeem en dat is spijtig. De beleidscommissie was een goed werkend format dat een organisch gegroeid mandaat had verworven.

Op tafel

Op dit moment ligt de vraag om deze commissies terug op te starten opnieuw op tafel. De samenwerking met de eerste lijn staat in het strategisch zorgplan. Dat duidt op een ambitie van het ziekenhuisnetwerk, maar het is zoeken wie de coördinerende rol zal opnemen. Er zijn heel wat onderwerpen die aan bod kunnen komen. Denk maar aan het brede ontslagmanagement. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat de juiste zorg wordt aangeboden in de eerste lijn. Maar ook opname, medicatie of het zorgpad zijn thema's. Welke informatie heeft het ziekenhuis nodig en hoe kunnen we die snel en kwalitatief doorspelen?

"Het blijft noodzakelijk dat artsen elkaar kennen als collega's en dat er laagdrempelige communicatielijnen zijn"

Het fijne van zo'n commissie is dat de info wordt vertaald op maat van het ziekenhuis met zijn eigenheid en soms ook grenzen van wat mogelijk is. Het belangrijkste aspect is dat je elkaar leert kennen en in gesprek gaat. Een ziekenhuis kan verwachtingen uitspreken, maar gaat ook in gesprek. 'Lukt dit wel? Is dit haalbaar?'

Een huisarts ziet de inzet en energie die hij geeft aan een persoon renderen en er komt ruimte om binnen menselijke uren goede zorg te bieden.

Linde Tilley: "De huisarts is de specialist van de context"

Linde Tilley is huisarts in groepspraktijk Heirnis, voorzitter van de huisartsenvereniging Gent en daarnaast ook aangesteld als onafhankelijk bestuurder van het ziekenhuisnetwerk Gent. Ze zetelt mee in rondetafelgesprekken tussen de eerste lijn en de ziekenhuizen. Wat haar betreft de uitgelezen methode om stapje per stapje te evolueren naar doelgerichte zorg.

Linde Tilley
Linde Tilley

De mens behandelen

In de eerste lijn willen we de shift maken naar doelgerichte zorg, waarbij we de patiënt en zijn volledige zorgteam betrekken. Kijk je naar de 65-plussers, dan is 60% multimorbide. Ze hebben verschillende aandoeningen die onmogelijk allemaal excellent te behandelen zijn. Wanneer je keuzes maakt wat wel en niet te behandelen, moet het doel van de patiënt de focus zijn. We behandelen niet de ziektes, maar wel de mens.

"De rondetafelgesprekken leiden niet tot grote visieteksten, maar tot kleine praktische winsten"

Denk maar aan een 70-jarige alleenstaande dame met verschillende klachten. Zij wil elke zaterdag naar de markt kunnen gaan – liefst te voet – want dat is haar bron van sociaal contact. Dan moet de focus van de zorg op haar mobiliteit liggen.

In de samenwerking tussen eerste lijn en ziekenhuizen is goede geïntegreerde zorg de belangrijkste uitdaging. Hierin is de eerste lijn de specialist van de context. Wij benaderen patiënten volgens het biopsychosociale model, waarbij we naast biomedische aspecten ook rekening houden met psychologische en sociale factoren. Op die manier hebben we een beter zicht op wat er implementeerbaar is in de zorg, welke beslissingen we moeten nemen, maar ook welke drempels er zijn. Denk maar aan financiële drempels, maar ook sociale factoren, en culturele en taalbarrières.

Shift in denken, tijd en communicatie

De essentiële bouwstenen voor die doelgerichte zorg zijn een shift in denken, tijd en communicatie. Goed communiceren werkt in twee richtingen. We moeten als huisartsen kritisch kijken naar de gegevens die we doorgeven aan het ziekenhuis. De kwaliteit van de sumehr moet goed zijn. Wie zit er in het  zorgteam? Wat is de context? Welke sociale uitdagingen zijn er? Anders moet het ziekenhuis dat werk opnieuw doen. Omgekeerd moet het ziekenhuis de patiënt en het thuiszorgteam als een evenwaardige partner beschouwen.

Kleine praktische winsten

Het Gentse ziekenhuisoverleg nodigt op initiatief van de Huisartsenvereniging Gent een aantal keer per jaar de voorzitters van de huisartsenkringen, alle hoofdgeneesheren van de vier ziekenhuizen en voorzitters van de medische raden in Gent uit voor rondetafelgesprekken. Het doel is de signalen vanuit de huisartsen naar de ziekenhuizen communiceren en omgekeerd. Zo kunnen we de samenwerking en de kwaliteit van de zorg voor de patiënt verbeteren en doorgroeien naar echte geïntegreerde zorg. Die gesprekken leiden niet tot grote visieteksten, maar leveren veeleer kleine praktische winsten op voor alle partijen en zeker voor de patiënt.

Zo merkten we in de eerste lijn bijvoorbeeld een enorme toename van resistente scabiës (schurft) die we niet goed weg kregen in de eerstelijnsbehandeling. Dat werd gemeld aan de ziekenhuizen, met de vraag om een uniform beleid af te spreken met alle diensten dermatologie. Zo werd een protocol ontwikkeld waardoor we snellere en betere zorg kunnen bieden.

"De essentiële bouwstenen voor doelgerichte zorg zijn een shift in denken, tijd en communicatie"

Een paar jaar geleden meldde de eerste lijn dat de hoge erelonen op raadplegingen de toegankelijkheid van de zorg in het gedrang brachten. Mensen stellen een raadpleging bij bijvoorbeeld de oogspecialist uit omdat het stuk dat niet terugbetaald wordt te zwaar weegt op hun budget. Een specialist ziet die mensen niet in hun thuissituatie, maar de impact van de niet-geconventioneerde zorg was wel voelbaar in de eerste lijn. Met een schrijven wezen wij de specialisten op hun verantwoordelijkheid en dat had een duidelijk effect. Een aantal ziekenhuizen besliste om zich bij alle patiënten met een OMNIO-statuut aan de conventietarieven te houden.

Enthousiasme om voort te werken

De rondetafelgesprekken zijn een plaats waar we een gemeenschappelijke taal leren spreken en een aantal zorgen kunnen delen. Ook hier is communicatie over de hele lijn een belangrijk onderwerp. Het feit dat je concrete winst voelt, geeft enthousiasme om voort te werken. We weten dat dit werk nooit af zal zijn, maar juist die succesjes die passen binnen de visie motiveren om te blijven doorgaan.

TEKST: KIM MARLIER – BEELD: SOPHIE NUYTTEN

Een goede visie vanuit het oogpunt van de huisarts in de eerstelijn.
Misschien twee aanvullingen:
-- ziekenhuizen kunnen zelf die holistische visie ook sterker ontwikkelen en dus meer rekening houden met de sociale toestand, context, eventuele 'inequity'...
-- apothekers (en ook andere eerstelijnswerkers) werken tegenwoordig ook steeds in die zin. We zien dezelfde patiënten, in een andere context, waarbij het accent verschuif van 'diagnose' en 'prognose' naar 'behandeling'). Maar vooral: we zien ook veel méér patiënten; mensen niet meer 'in de zorg geraken', o.m. door patiëntenstops, allerlei sociale-, culturele- en taalbarrières...

Een echte holistische visie moet dus o.m. vertrekken van een 360° strategie in de ELZ, met het hélé zorgteam en met een BIHR (Belgian Integrated Health Record) waarin het hele zorgteam én de patiënt goede en vooral complete informatie stoppen én vinden. Dat moet een dagelijks gebruikte tool worden, die de basis is van totaal-comminicatie in het belang van de patiënt.

Reactie toevoegen

De inhoud van dit veld is privé en zal niet openbaar worden gemaakt.